Sparring (de brug naar het echte vechten)

Ving Tsun Kung Fu is in de eerste plaats een systeem dat tot doel heeft eventuele fysieke confrontaties het hoofd te kunnen bieden. Het vrije gevecht in de training, ook wel sparring genoemd, is een hulpmiddel de praktijk enigszins te benaderen.

Een doel waar via de vormen en het Chi Sau, naartoe moet worden gewerkt. Om dit doel te bereiken dient de basis goed te zijn. Technieken moeten veelvuldig en dusdanig zijn getraind zodat zij reflexmatig toegepast worden. In moeilijke situaties krijg je immers geen tijd om na te denken.

Het in te vroeg stadium sparren houdt je eigen ontwikkeling tegen.Dit omdat je meteen moet concurreren met de anderen. Dit werkt instinctief handelen en het verwaarlozen van de techniek in de hand.

Geen enkel van de vermeende voordelen ten aanzien van vroegtijdig sparren in het Ving Tsun, weegt op tegen dit basisgegeven. Wanneer er op een zeker moment aan sparring wordt gedaan is het zaak dit realistisch en met een minimum aan beperkingen te doen. Zo zal enerzijds het gebruik van beschermers als handschoenen de leerling teveel beperken in zijn techniek. Anderzijds zal het vertrouwen in deze valse veiligheid roekeloosheid in de hand werken.

Omdat je denkt dat er toch niets kan gebeuren krijgen slechte gewoonten de kans. Een realistische situatie is totaal anders dan de veilige omgeving binnen de school en duurt vaak maar enkele seconden. Het incasseren van een enkele stoot hier kan al dramatische gevolgen voor jezelf hebben. Vanzelfsprekend moeten blessures in de training altijd worden voorkomen. Je traint immers voor je plezier en je wil de volgende dag toch ook weer gewoon naar school of naar je werk.

Nog een reden om het sparren niet te licht op te vatten en hiermee pas te beginnen als je de technieken met voldoende inzet goed en gecontroleerd kunt maken.